Vooral ondernemers met een webwinkel hielden ermee op: in totaal stopten er bijna 7000. Ook voor duizenden organisatie-adviesbureaus, financiële holdings en bouwbedrijven viel het doek.

Schulden

Veel ondernemers wachten een faillissement niet af. Ze zien geen toekomst meer voor hun onderneming of kunnen niemand vinden die de zaak overneemt. Sommige bedrijven hebben zoveel schulden opgebouwd tijdens de coronacrisis dat het aflossen daarvan onmogelijk lijkt. Vooral in de horeca zouden veel ondernemers er hierdoor volgens Koninklijke Horeca Nederland de brui aan willen geven.

Dat dat lang niet altijd gebeurt, valt te verklaren door de restschuld waarmee ondernemers blijven zitten. Ook kunnen ze niet altijd de transitievergoeding voor hun personeel betalen. Een speciale stoppersregeling, waar MKB Nederland en ondernemersorganisatie ONL al langer voor pleiten bij het kabinet, is er nog altijd niet.

Overigens zijn de meeste bedrijven die werden opgeheven eenmansbedrijven. Bij iets meer dan 12.000 bedrijven verloren ook een of meerdere werknemers hun baan.

Failliet

Het aantal bedrijven dat failliet werd verklaard lag de afgelopen maanden volgens het CBS nog altijd lager dan vóór corona, al loopt het cijfer langzaam op. Het afgelopen halfjaar gingen er 961 ondernemingen over de kop. Dat was een fractie meer dan in dezelfde periode vorig jaar.